vrijdag 3 oktober 2014

Keuzevoorstel

Aan het einde van de ideefase is het zaak een keuzevoorstel te maken omdat slechts twee van de vier integrale ideeën naar de conceptfase door mogen. Hiervoor is gebruik gemaakt van de keuzematrix. Deze afwegingsmethode is gekozen met uitgang van: Timmers, Jop. & van der Waals, Mirjam. (2012), Het ontwerpproces in de praktijk, Amsterdam: Pearson Education Benelux. In de matrix zijn alle punten uit het programma van eisen en wensen opgenomen waarop de integrale ideeën verschillen. Allen op die manier kan een duidelijke selectie worden gemaakt. Door een weegfactor toe te kennen wordt onderscheid gemaakt tussen de belangrijke en minder interessante eisen of wensen. Door vervolgens de integrale ideeën te toetsen a.d.h.v. de keuzematrix ontstaat een score. Deze score vormt samen met een schriftelijke motivatie het uitgangspunt voor de selectie. DD2, DD3 & DD4 wil ik bewijzen. Zie hieronder de uitwerking.




Uit het keuzeproces zijn de integrale ideeën “Round – up” en “Qbic Luxury” als beste naar voren gekomen. Het is daarom geadviseerd om deze ontwerpen verder te onderzoeken in de conceptfase.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten